Slik dit niet voor zoete koek!

Loek Dullaart stuurde een e-mail naar NRC.
Moeten we de mooie verhaaltjes van Martijn Katan in zijn column over aspartaam in de NRC van 22 juni j.l. voor zoete koek slikken? Of kunnen we uit zijn manier van schrijven opmaken wie of wat hij is, doet en vertegenwoordigt?
Met reactie Martijn Katan.

Allereerst zijn geruststellende mededelingen over aspartaam: wat er in zit is volkomen onschuldig. En wat er gebeurt als je veel aspartaam binnenkrijgt, is – volgens Katan – al bij honderdduizenden mensen getest en vele experts hebben die resultaten bekeken en geconcludeerd dat aspartaam geen risico oplevert. Katan maakt geen melding van al die wetenschappelijke onderzoekingen die aantonen dat aspartaam juist wel een waar vergif is en niet alleen kanker kan veroorzaken, maar vele aandoeningen, zeker ook in combinatie met andere voedingssupplementen als acesulfaam-k, zoals bijvoorbeeld de onderzoekingen van Dr.H.J. Roberts, Howard, Blaylock e.a. hebben aangetoond.
Waarom laat hij die onderzoeksresultaten ongenoemd? Waarom vertelt hij niet dat de FDA al in 1973 een verbod op het middel had uitgevaardigd, maar dat het Donald Rumsfeld, de grote fabrikant van aspartaam, lukte om als minister van defensie het middel toch weer toegelaten te krijgen…
Hij vertelt slechts de halve waarheid en dat is erger dan een hele leugen. Ook in zijn andere columns doet hij dat, van abrikozenpitten – zie zijn column daarover – heeft hij ook al geen kaas gegeten. De manier waarop hij daarover schrijft is van hetzelfde gehalte.

Maar helemaal bont maakt hij het als hij Corinne Gouget aanvalt, de schrijfster van het (goede en informatieve) boekje over E-nummers. Hij valt haar niet aan op zakelijke gronden, gaat niet in op haar redeneringen of beweringen, maar stoot voortdurend onder de gordel. Hij begint te zeggen dat zij er haar levenswerk van maakt om ongerustheid over aspartaam te verspreiden, zonder één woord over wàt zij zegt en uitlegt over aspartaam, laat staan dat hij dat weerlegt. Vervolgens maakt hij haar nog karikaturaler door te zeggen dat zij overal een samenzwering in ziet. Dat is de bekende truc: beschuldig je tegenstander van complottheorieën en ga vooral niet op zijn argumenten in: succes verzekerd!
En dan doet hij er nog een schepje bovenop door een verhaal over de uithuisplaatsing van haar kinderen, wat hij kennelijk ergens heeft opgepikt, te gebruiken en te misbruiken, om haar nog verder zwart te maken. Onwaardig voor een  wetenschapper…

Kennelijk weet hij ook al wat de uitkomst zal zijn van het grote onderzoek dat de Europese Unie aan het uitvoeren is over aspartaam en dat in november a.s. klaar moet zijn – dat zal vast even geruststellend worden als de verhaaltjes die meneer Katan ons op de mouw probeert te spelden – want hij weet al dat het al die duizenden internetpagina’s die zeggen dat aspartaam vergif is (al die berichten zouden hem toch tot nadenken moeten kunnen stemmen) niet tot andere gedachten zal brengen. Ook dat lijkt hij al bij voorbaat te weten.

Wat is het doel van Katan om dit te doen, om zo geruststellend te spreken over aspartaam, tegen beter weten in? Om zo de tegenstanders tegen aspartaam op slinkse wijze pootje te lichten en onderuit te halen? Heeft hij banden met de industrie? Ja. Dat zegt hij tenminste zelf op zijn website onder het hoofdje Over Katan. Daar vertelt hij dat hij vele jaren lang in Wageningen heeft gewerkt, waar hij veel betaald onderzoek deed voor Unilever, Nestlé en andere voedingsmiddelen-industrieën, en dat hij nog steeds – op uitnodiging – allerlei congressen volgt bij Nestlé en dat hij betaald wordt voor zijn columns (door de NRC of door anderen?), maar dat hij verder geen betaalde nevenfuncties of aandelen of zo heeft. Zijn banden met de industrie – hooguit momenteel niet als betaalde functie – zijn duidelijk jarenlang opgebouwd.
De wijze van redeneren en het uitsluitend loven van aspartaam doet aan als een naïef geloof of als de verdediging van een aperte leugen. Dat de NRC zulke columnisten inhuurt is ook tekenend voor het huidige gehalte van deze krant.

Maar wij slikken zijn zoete verhaaltjes over het vergif aspartaam niet voor zoete koek!
Integendeel.

Loek Dullaart

reactie Martijn Katan (1)

Beste heer Dullaart,

De redactie wetenschap stuurde mij uw brief door, met de vraag of ik deze kon beantwoorden.
In het algemeen neem ik vragen of kritiek van lezers serieus en ik probeer ze zo goed mogelijk te beantwoorden. Ik ga graag in debat met mensen die er anders over denken dan ik, maar dan moet het wel gaan om de interpretatie van wetenschappelijk onderzoek en niet om verdachtmakingen. U vindt mij kennelijk onbetrouwbaar en bevooroordeeld, mischien zelfs omgekocht, en niet iemand die naar waarheid en volledigheid zoekt. Dan heeft het weinig zin dat ik inga op uw brief.
Als het anders is hoor ik het graag.

Met vriendelijke groet,
Martijn Katan

reactie Loek Dullaart (1)

Geachte Heer Katan,

Ik had de redactie van de NRC gezegd dat ik zelf wel contact met U zou opnemen, maar kennelijk hebben ze mijn reactie op Uw artikel toch naar U toegestuurd…
Het is jammer dat U niet wilt ingaan op mijn brief. Ik heb namelijk serieus geprobeerd Uw artikel te analyseren. Ik heb niet gezegd dat U onbetrouwbaar bent, bevooroordeeld of omgekocht. Ik heb gezegd dat het zo opvallend is dat U geen enkel negatief onderzoek over aspartaam noemt, terwijl die er wel degelijk ook zijn. Waarom heeft U die niet vermeld, U kent ze toch wel?
Daarnaast viel het mij op dat U Corinne Couget verdacht maakt met de insinuaties die ik noem in mijn kritiek, zonder dat U op haar argumenten ingaat. Waarom handelt U zo? Zij noemt namelijk wel al die onderzoeken die aantonen dat aspartaam een waar vergif is.
Het laatste deel van mijn kritiek probeert de vraag te beantwoorden, wat Uw beweegredenen zijn. Daarbij viel mij op dat U zo uitdrukkelijk op uw website schrijft dat U geen financiële banden hebt met de industrie. Mijn antwoord daarop is dat U in ieder geval in de loop der jaren kennelijk toch ook goede contacten hebt opgebouwd met de industrie. Wie weet heeft dat dat U toch wel – hoewel mogelijk zelfs onbedoeld – beïnvloed.
Nogmaals ik twijfel niet aan Uw goede bedoelingen, ik probeerde alleen mijn medelezers ervan in kennis te stellen dat er over aspartaam ook heel anders gedacht kan worden en dat daar ook wel degelijk onderzoeksgegevens over zijn maar dat U ons niet helpt om daar een evenwichtig en afgewogen oordeel over te kunnen maken. Nu maar hopen dat het Europese onderzoek wel een afgewogen oordeel geeft, maar dat is ook nog maar de vraag….
Jammer genoeg heeft de redactie gezegd dat ze mijn brief niet plaatsen vanwege ruimtegebrek in de zomertijd, nu hebben de lezers alleen uw – nogal eenzijdige – standpunt kunnen lezen.

Met vriendelijke groet,
Loek Dullaart

reactie Martijn Katan (2)

Beste heer Dullaart,

Dank voor uw mail. Hieronder ga ik in op een aantal van uw punten.
1. Negatieve onderzoeken.
Ik heb in mijn column een aantal zorgen besproken die mensen hebben over aspartaam. Voor een overzicht van alle onderzoeken verwees ik naar rapporten van EFSA, het RIVM, Wikipedia en het National Cancer Institute (zie de voetnoten bij mijn column op mkatan.nl). Daar worden de door u genoemde studies besproken.
2. Corinne Gouget
Ik besprak in mijn column wat Gouget zegt over zoutzuur, en liet zien dat dat onjuist was. Op mkatan.nl vindt u een eerdere column waarin ik vier andere E-nummers uit haar boekje bespreek. Ik laat van alle vier zien dat haar beweringen onjuist zijn.
Mw Gouget schreef zelf op haar website dat ze uit de ouderlijke macht is ontzet omdat ze haar kinderen geen aspartaamhoudende dranken gaf; zie de voetnoot bij mijn column. Dat illustreert haar geestesgestelheid.
3. Beïnvloeding
U hebt gelijk dat onderzoekers kunnen worden beïinvloed door contacten met de industrie. Dat geldt vooral als je van die industrie geld of gunsten krijgt. Ik heb echter nooit contact gehad met fabrikanten of verkopers van zoetstoffen, inclusief aspartaam.
Ik pleit er overigens er niet voor dat onderzoekers alle contacten met levensmiddelenproducenten vermijden. Kritiek vanuit die hoek houdt mij scherp, en het voorkomt dat ik ongefundeerde onzin ga uitkramen. Maar ik accepteer geen cadeautjes, en sinds ca 10 jaar ook geen onderzoekssubsidies meer.
4. Integriteit
Ik ben blij dat u zegt niet te twijfelen aan mijn goede bedoelingen. Uit uw brief aan NRC klinkt een andere toon.

Met vriendelijke groet,

Em. prof. dr. Martijn B. Katan
Vrije Universiteit, Afdeling Gezondheidswetenschappen